DuitslandWeg van de Duitse snelweg...
Als we in het noorden van Duitsland op de A20 net na Lübeck een bord met als opschrift ‘Hier was de voormalige binnenlandse grens’ zijn gepasseerd (lees: IJzeren Gordijn), buigen we af naar Wismar. In de laatste Raststätte vonden we een foldertje van Hotel Alte Speicher, midden in wat Unesco-werelderfgoed blijkt te zijn. En ze hebben een eigen parkeerplaats, niet onbelangrijk in stadjes.
Wismar
We rijden er zo naar toe en krijgen (voor zo’n 150 euro) de laatste kamer. Die is oké, maar verder niet heel speciaal of ruim. Het stadje is echter een aangename verrassing. Een voormalige Hanzestad met als hoogtepunten de Markt, omringd met prachtige gevels, en de haven, waar je over een promenade kan flaneren. Je kan er vis eten, uiteraard of gewoon even op een terrasje zitten, terwijl vette meeuwen je nauwgezet in de gaten houden. Wij wandelen eerst een uurtje door het stadje (paar kerken en toren, leuke straatjes waar vanwege de kinderkopjes iedereen op de stoep fietst en vooral veel mooie huizen) en gaan dan naar de Markt, met de nodige terrasjes, zo te zien kan je overal even goed eten. Tip: bestel niet de typisch Duitse Mecklenburger rib, dat is meer vet dan vlees.
Vakwerk in Tangermünde
Tangermünde, boven Maagdenburg, blijkt ietsje verder te liggen van de A2 van Berlijn naar Hannover dan we dachten. Maar het blijft de omweg meer dan waard. Een schattige burcht met een paar straten met vakwerkhuisjes aan de monding van de Tanger in de Elbe, en ook de baksteenbouw is bijzonder. Er is een slot dat inmiddels luxe hotel is (helaas geen plek meer), een paar musea met voor ons ongelukkige openingstijden en in het oude centrum drie karakteristieke torens, waaronder een uitkijktoren die je op gezette tijden ook op kan. Keizer Karel IV (1316-1378) gebruikte de burcht als zijn residentie al hij hier in de buurt moest zijn voor zaken, en het stadje draagt nog steeds trots de titel ‘Keizerstad’.
Duitse hanzestad
Het noemt zichzelf ook Hanzestad, maar daar vinden we niet echt sporen van. Er zijn een paar hotels en pensions, bij het toeristenbureau krijgen we een folder mee, en we belanden bij Hotel ‘Alte Brauerei’, een superdeluxe kamer (95 euro). Eten doen we bij kaarslicht in Zecherei Sankt Nicolai, een middeleeuws gebeuren in een achthonderd jaar oude kerk. Een eetbelevenis, noemen ze dat.
Snelweg af naar kasteel
Zo’n 85 km voor Arnhem gaan we van de A3 komend vanuit het Ruhrgebied rechtsaf naar slot Raesfeld. Liefde op het eerste gezicht. Waarom zijn we hier nooit eerder geweest? Een kasteel als een plaatje. Met slotgracht, bruggetje en voorburcht; een kerkje en paar huizen eromheen met eetgelegenheden, gästezimmer en een hotelletje. Het slot ziet er niet uit als een hotel, maar we lopen naar binnen en warempel, we kunnen een kamer krijgen in de voorburcht (124 euro).
Duits adresje om terug te keren
Het slot blijkt een soort school: in het slot verzorgt de ‘Akademie des Handwerks’ opleidingen op het gebied van monumentenzorg en er is toevallig net een congres aan de gang, waardoor alle slaapkamers zijn opgemaakt. Het kasteel is ook af te huren voor evenementen en trouwerijen. De kamer - te bereiken via een wenteltrap - is prima, en verder niet bijzonder sfeervol of zo. Maar het gaat om de gedachte, toch? Ontbijt is in het slot zelf, waar ook een restaurant is. Achter het slot ligt Naturpark Tiergarten, dierentuin genaamd omdat een van de kasteelheren er in vroeger eeuwen een dierentuin met exotische dieren had. Nu is het een heerlijk park waar je herten kan spotten. Als je geluk hebt dan. Wij zagen een beverrat op een droge stronk zijn snor poetsen. Ook niet fout. Absoluut een adres om terug te komen.