Onthaasten met de digitale Europese treinpas
Eerst maar even over die Interrail (sinds ’72) Pas, die zich de laatste vijf jaar vooral richt op jongeren om hen Europa te laten ontdekken via de trein. Op een zogeheten Global Pass krijgen 12- tot 27-jarigen 25% korting, maar ook senioren (60+) worden niet vergeten: 10% discount en kinderen tot 11 jaar mogen gratis mee. RonReizen maakte gebruik van de variant om binnen een maand zeven dagen lang onbeperkt te reizen binnen Europa, in een eersteklas coupé met alle gemakken van dien; een weldadige, ‘onthaastende’ ervaring.
Langs de Rijn
We beginnen onze reis vanaf Utrecht Centraal richting Heidelberg. De Eurocity volgt de loop van de Rijn stroomopwaarts vanaf Keulen, grotendeels langs de oever van deze rivier die hier op sommige punten wel 500 meter breed is. Na Koblenz ga je door UNESCO Werelderfgoed en slingert de trein zich, evenwijdig aan de linker Rijnoever, langs het mooiste stuk richting wijnhoofdstad Mainz.
Veel te zien onderweg
Je passeert smalle valleien en steile hellingen vol wijngaarden, middeleeuwse kastelen en paleizen (alleen op dit traject al zo’n 60) en typisch Duitse vakwerkdorpjes. Ook passeren we Duitslands beroemdste rots, de 132 meter hoge Loreley in de buurt van Sankt Goarshausen. Volgens de legende zou een zingende nimf met gouden haren schippers hebben gelokt, waardoor ze tegen de rots te pletter sloegen.
Tip
Hoewel de Rail Planner-app gebruiksvriendelijk is en het instellen van de voorgenomen treintrips eigenlijk zichzelf wijst, is het toch raadzaam vooraf dit YouTube-filmpje even te raadplegen:
https://www.youtube.com/watch?v=Vl0gcQPqoW4
En vergeet ook vooral niet de overstaptijd aan te passen… Die blijkt standaard ingesteld op 5 minuten, maar om gestress en paniekerig rennen tussen perrons te voorkomen, kun je daar beter 20 of 30 minuten van maken.
Eerste stop het fraaie Heidelberg
Onze eerste stop is Heidelberg aan de rivier de Neckar. Door de combinatie van middeleeuwse geschiedenis, hoogstaande cultuur, beeldschone natuur en een bruisend studentenleven (een kwart van de inwoners studeert!), is de populariteit van de relatief onbekende stad in rap tempo gestegen. Dat is ook te danken aan de ongeschonden staat van de fraaie Altstadt. Heidelberg heeft namelijk als een van de weinige grotere Duitse steden de Tweede Wereldoorlog zonder beschadigingen doorstaan. Historische gebouwen zijn daardoor in hun originele staat te bewonderen.
- © Alan Caplar
Wandel rond het slot in Heidelberg
Cultuurliefhebbers halen in de zomer hun hart op aan de vele theater- en muziekfestivals rondom Schloss Heidelberg, maar ook in andere jaargetijden is dit toppunt van romantiek een aanrader. We nemen het treintje omhoog en wandelen rond het slot, waar zich onder andere ook het Apothekersmuseum en het ‘grootste eiken wijnvat ter wereld’ (228.000 liter) bevinden.
- © Tobias Schwerdt
- © Achim Mende
- © Tobias Schwerdt
Tip
Als de knieën het toelaten, wandel dan als het even kan vanaf het slot naar beneden richting Altstadt en waan je in de voetsporen van Goethe, die regelmatig mijmerend over de Philosophenweg aan de noordzijde van de Neckar zou hebben gewandeld. Het uitzicht over de Altstadt en de dramatische kasteelruïne is hiervandaan adembenemend.
Breng in de historische oude binnenstad ook zeker een bezoek aan Knösel, een kleine chocolaterie (sinds 1863) in de Haspelgasse. Daar wordt (nog met de hand) dé specialiteit van Heidelberg gemaakt: de Studentenkuβ, verkrijgbaar in hetero- en homovariant… Voor het diner is Wirtshaus Zum Nepomuk een aanrader, met name de forel valt zeer in de smaak.
Door naar Interlaken
De volgende dag reizen we via Karlsruhe met de ICE door naar het Zwitserse Interlaken. Daar hebben we ons stiekem al verheugd op het uitdagend klinkende ‘Raclette Rafting’, maar dat evenement wordt vanwege de natte weersomstandigheden verruild voor een bezoek aan de zogeheten Sint Beatus-grotten. Nog een voordeel van onze Interrail-pas: de boottocht over de Thunsee en de busreis terug zijn inclusief, alleen even toevoegen in de app.
De grotten van Interlaken
De wandeling naar de grotten, hun uiterlijk en het uitzicht zijn eigenlijk mooier dan deze trekpleister zelf, duidelijk bedacht en ingericht voor de ongeveer 100.000 jaarlijkse toeristen rond een schijnbaar legendarische figuur. Neemt niet weg dat we weer eens een aantal fraaie stalagmieten (rechtop, van het Franse monter) en stalagtieten (hangend, van het Franse tomber) hebben gezien en een tocht onder gidsbegeleiding diep onder de grond bij een permanente temperatuur van 8-10 graden best indrukwekkend en zeker leerzaam is.
Tip
Hotel Merkur in Interlaken is weliswaar niet het beste en mooiste van de stad, maar wel gastvrij en strategisch fijn gelegen tegenover het treinstation en dus ideaal voor doorreis. ’s Avonds genieten we van een uitstekende originele Zwitserse kaasfondue in restaurant Stadthaus.
Op weg naar Montreux
Van Interlaken nemen we de zogeheten Golden Pass Express naar Montreux. We slingeren langs het Meer van Thun en komen links en rechts ogen te kort om van het schitterende landschap te genieten. Als we door het Simmental Zweisimmen bereiken, worden we geconfronteerd met een sterk staaltje Zwitserse precisie. Normaal vindt hier een bijzondere spoorwissel plaats, maar een technische storing voorkomt dat ditmaal.
Welkom in Lausanne
Niet getreurd, want binnen enkele minuten zijn alle passagiers op het naastgelegen spoor overgestapt in de Shania Train, vernoemd naar de befaamde zangeres die al meer dan 20 jaar in Zwitserland woont.
Via Montreux en heerlijk boemelend langs het Meer van Genève belanden we uiteindelijk in het verrassend leuke Lausanne.
Benen strekken in Lausanne
Niet zo vreemd dat dit de enige Zwitserse stad is met een metro, want Lausanne is gebouwd op heuvels en vergt nogal wat van de kuitspieren. Maar na een paar uur in de trein is het fijn de benen te kunnen strekken en ‘klimmen’ we vanaf het station in een kwartier naar ons riante hotel De la Paix. Van daar gaat het naar het gezellige Bleu Lézard, een soort Franse bistro waar we genieten van een uitstekende (vegetarische) lunch.
De wijnen van Lausanne
Daar ontmoeten we ook stadgids Christine, die ons onder andere meeneemt naar Lausanne’s eigen kathedraal (met wachtvrouw/omroeper), het aantrekkelijke oude stadsdeel en ondanks het herfstweer ook naar de wijngaarden in de Lavaux-streek. Allemaal kleine domeinen van 3 à 4 hectare – Zwitserland telt circa 200 families die wijn maken en slechts 2% van de productie wordt geëxporteerd – waarbij de witte Chasselas-druif de boventoon voert.
Tip
De terrasvormige wijngaarden van Lavaux staan niet voor niets sinds 2007 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO en zijn een bezoek meer dan waard, inclusief dat prachtige uitzicht over het Meer van Genève, of op z’n Frans: Lac Léman. En ’s avonds is het heerlijk dineren in de prachtige, fraai gelegen en gezellig drukke Brasserie de Montbenon, met natuurlijk een glas Chasselas blanc.
Laatste etappe: Italië
Van Lausanne gaat het eerst door de imposante Italiaanse Alpen, langs de westoevers van het Lago Maggiore, in zuidelijke richting naar Milaan. Bijna jammer dat we na aankomst op Milano Centrale – het grootste station van Europa en ook een van de mooiste ter wereld – meteen kunnen overstappen naar Bologna, waar we na een supersnelle (soms 300 km per uur) rit van ruim een uur met de Frecciarossa arriveren.
Droog door Bologna
We zijn meteen onder de indruk van deze prachtige stad, die je gewoon het best kunt verkennen door er rustig doorheen te wandelen. Temeer omdat Bologna de stad is van de zogeheten ‘portico’: een soort (overdekte) zuilengang of portiek, waardoor je ook bij regen – en die valt helaas rijkelijk tijdens ons verblijf – droog aan sightseeing kunt doen. Sinds juli 2021 is 12 kilometer van het netwerk aan arcades, het grootste deel in het centrum, toegevoegd aan de UNESCO-werelderfgoedlijst.
Tip
Begin je verkenningstocht bij het VVV van Bologna op het Piazza Maggiore. Neem hier de (gratis) stadsplattegrond met wandeling langs de highlights mee of regel een fietstour met (Engelstalige) gids. Ook de ideale rode hop-on-hop-off-bussen vertrekken vanaf dit plein, dat tot het midden van de 19e eeuw een van de grootste openluchtmarkten van Europa was.
Prachtige architectuur in Bologna
Naast cafés en terrassen vind je aan het plein tal van paleizen uit de middeleeuwen en renaissance, maar ook de Sint-Petroniusbasiliek waarvan de gevel nooit helemaal is afgemaakt omdat die groter dreigde te worden dan de Sint Pieter in Rome… Wij brengen een bezoek aan het Palazzo d’Accursio en door daar ook alle trappen omhoog te nemen, levert dat een fantastisch uitzicht over de complete ‘rode stad’ (vanwege de dakpannen) op.
Beroemde universiteit
Vergeet ook vooral het Palazzo dell’Archiginnasio niet, echt een lust voor het oog. Het werd gebouwd midden 16e eeuw om onderdak te bieden aan de talloze faculteiten en tot begin 19e eeuw bleef het de hoofdzetel van de universiteit van Bologna, dat nog steeds bijna 90.000 studenten telt. Een van de hoogtepunten is de volledig houten anatomische zaal en de aula Stabat Matar, waar Albert Einstein nog college heeft gegeven over zijn relativiteitstheorie.
Tip
Behalve als ‘openluchtmuseum’ profileert Bologna zich ook als culinaire hoofdstad van Italië. Dat zullen er vast meer zijn, maar feit is dat we nergens teleurgesteld worden, of het nu tijdens lunch, diner of proeverij is. In Via Caprarie, Via Drapperie en Via Degli Orefici begonnen we spontaan te watertanden en als je gewoon zin hebt in een heerlijke pizzapunt als ‘streetfood’ is Certo in Via Marsala een aanrader.
De torens van Bologna
Bologna staat ook wel bekend als ‘Turrita’ vanwege de ongeveer 100 torens die het stadscentrum vroeger rijk was. Slechts 24 hebben het overleefd, maar de vraag is hoe lang dat aantal intact blijft… De scheve Garisenda- en de nog schevere Asinelli-toren ernaast bepalen al zo'n 900 jaar de skyline en zijn met stip de meest bezochte monumenten van de Italiaanse universiteitsstad.
Maar sinds eind oktober is de grootste trots van Bologna ook de grootste zorg. De helling van de Garisenda, met zo'n vier graden vergelijkbaar met die van de toren van Pisa, blijkt te zijn toegenomen. Het plein rondom de torens is afgezet en buslijnen die op het drukke kruispunt passeerden, worden omgeleid. “De toren kan nog eeuwen overeind blijven staan, maar net zo goed een paar maanden”, klinkt het bij het stadsbestuur, zo meldde de NOS.
Een meer dan goede reden om snel terug te keren naar Bologna. En dan nemen we zeker weer de trein.