ItaliëDoen in Verona: 6 niet alledaagse tips

Verona is een middelgrote stad en laat zich prima in twee dagen te voet ontdekken. Natuurlijk moet je naar de highlights: Arena van Verona (het Romeinse amfitheater waar nog steeds voorstellingen plaatsvinden), Castelvecchio, Torre dei Lamberti en Piazza della Erbe. Maar die tips vind je al overal, dus wij slaan ze even over en verzamelden onze eigen niet doorsnee hoogtepunten. Bijna allemaal eet- en drinktips. Maar daar kunnen wíj niets aan doen, dat is de schuld van de stad.

1. Wandelen door Verona

De oude binnenstad van Verona staat niet voor niets (in zijn geheel!) op de werelderfgoedlijst; het is een plaatje! Tip 1 is dan ook: wandel blindelings door de stad en je wordt gegarandeerd getrakteerd op de meest fotogenieke straatjes. Wat wij heel bijzonder vonden tijdens onze wandelingen, is dat je het ene moment nog in de drukte loopt en een tel later door een muisstil verlaten straat wandelt. Maar hou me hier niet aan, want wij waren er in juni. Het zal in de zomermaanden waarschijnlijk anders zijn.

Pas op bij Castelvecchio

Het ziet er aanlokkelijk uit; de wandelboulevard langs de rivier aan de oostkant van Castelvecchio. Maar pas op! Groot alarm voor als je hier ’s avonds langs het water loopt: wat begon met ‘hé, een rat’, eindigde in blinde paniek tussen tientallen krioelende ratten die nergens bang voor waren. We konden stampen en schreeuwen wat we wilden; de beesten gaven geen krimp. Je begrijpt: daar liepen we de rest van onze trip met een grote boog omheen. De westkant is overigens (in ieder geval voor ons oog) ratloos.

De wandelboulevard vanaf Castelvecchio

De wandelboulevard aan de westelijke kant langs het water is dus juist wel heel leuk om overheen te wandelen. Je loopt onder de bomen door en hebt mooi uitzicht op het water. Het is groen en goed onderhouden met plantenperkjes. En bovendien een plek waar de locals ook graag recreëren. Ze zitten in groepjes op bankjes of op het muurtje aan het water. Loop je van CastelVecchio af, dan wandel je de wijk San Zeno in. Een woonwijk, dus verwacht geen toeristisch vertier. Maar op het plein Piazza Corrubbio zijn verschillende terrasjes, waar je tussen de locals zit.

Borgo Trento: omweg door Verona

Oké, de binnenstad van Verona is prachtig, maar steek ook het water eens over. De wijk Borgo Trento bijvoorbeeld. In deze woonwijk kijk je je ogen uit. Onder de inwoners van Verona staat Borgo Trento namelijk bekend als de wijk waar je wil wonen. Maar daar moet je wel het geld voor hebben. Neem de brug vanuit de wijk San Zeno en steek de Via del Risorgimento in. Laat je niet van de wijs brengen door de Oost-Duitse look aan het begin van de straat, want daarna wordt het veel beter en vooral groener (ook veel groener dan de binnenstad). Er lopen stijlvolle, modieuze mensen door de straten en hun huizen zijn prachtig onderhouden. Met veel houtwerk, kleurrijke beschilderingen en met planten behangen balkonnetjes. Kijk lekker om je heen, want je hebt ook nog uitzicht op het hogeropgelegen Santuario della Madonna di Lourdes, het oude centrum en de rivier Adige die dwars door Verona meandert.

2. Osteria dal Cavaliere: typisch Veronees eten

Wij maken er een sport van om plekjes buiten de gebaande paden te vinden. Osteria dal Cavaliere is een pareltje op een achteraf pleintje bij het kleine kerkje Santa Maria. Iedereen die per ongeluk langsliep, bleef net als wij staan, keek elkaar aan en besloot aan te schuiven. Het kleine restaurantje heeft een bodega-achtige uitstraling met rood-wit geblokte tafelkleedjes. Een osteria laat zich het best uitleggen als een café, waar je vooral kunt drinken, maar waar je tegenwoordig ook lokale gerechten kunt bestellen.

Lokaal uit Verona

De beef is een absolute aanrader bij Osteria dal Cavaliere. Zelfs toen we al vol waren van de primi, smaakte deze secondi nog heerlijk. Maar de dolce hebben we toch wel echt even overgeslagen. Er staat een fles wijn van € 1.500 op de kaart, maar onze wijntip: de lokale Lugana. Droog, wit, heerlijk en betaalbaar.

3. Bar G & G bij Piazza della Erbe

In een steegje op drie minuten lopen van Piazza della Erbe vind je Bar G & G. Je bent net uit de drukte van het plein, maar nog wel in de gezelligheid van de oude binnenstad. Door de erg leuke steeg loop je langs een groenteboertje naar een gezellig café met een terrasje, herkenbaar aan de blauwe stoeltjes en wijnvaten verkleed als hoge tafel voor de deur. Een erg leuke plek voor een kopje koffie of aperitivo, vinden ook de locals. En ondertussen kun je lekker mensen kijken, er lopen veel locals door de steeg en er is altijd bedrijvigheid door de twee kledingwinkeltjes pal naast Bar G & G. Tip: ze maken ook heerlijke cocktails. We kregen een (hartstikke betaalbare) pina colada met verse ananassap!

4. Ristorante Sant’Eufenia: idyllisch plekje in Verona

Dit is zo’n restaurant dat je toevallig tegenkomt en dat meteen je aandacht trekt als je door een stad slentert. Een afgelegen, karakteristieke plek in (weer) een steegje, weg van de drukte van toeristen, maar nog steeds op een steenworp afstand van het centrum. Met leuke tafeltjes, parasols, lampjes, planten en een sierlijk gietijzeren hek. Je kunt bij Ristorante Sant'Eufenia voor een redelijke prijs à la carte eten, maar er is ook een menu voor 25 euro. Hier komt de chef nog zijn keuken uit om aan je tafel te vragen of alles naar wens was.

5. De beste pizza van Verona

Wie hier niet gaat eten bij een bezoek aan Verona is gek. Reserveren is niet een aanrader, maar een must, want bij Pizzeria Vesuvio is het altijd druk. Niet zo gek, want de plek aan het einde van het wandelpad (zie tip 1) vanaf het centrum van Verona is fantastisch: onder de bomen aan het water, met uitzicht op de brug van Castelvecchio. En de vele locals aan de tafeltjes zijn een teken dat de pizza’s verrukkelijk zijn. Je hebt de keuze uit zo’n tachtig soorten pizza’s, en de duurste is € 12,50, daar krijg je 13 toppings en dubbele deeg voor.

6. Van Verona naar het Gardameer

Verona laat zich wel in twee dagen ontdekken, dus ben je er langer? Dan kun je ook een dagje naar het Gardameer. Je bent er echt zo met de bus of trein. Een buskaartje koop je bij de Tabbachi (de tabakszaak die je in elke straat wel vindt). Je zegt gewoon je eindbestemming en de Tabbachi-medewerker weet genoeg. Voor € 3,40 zit je in nog geen uur in bijvoorbeeld Lazise of Peschiera.

Lazise

Als je in Lazise uitstapt, kom je in een totaal andere wereld terecht. Lazise is een supertoeristisch badplaatsje. Daar moet je van houden. Op woensdag is er van 8:00 tot 14:00 uur een megamarkt aan de haven en in de oude binnenstad. Wij sloegen die over en liepen meteen het prachtige ommuurde stadje in. Wacht zeker even tot de namiddag, want dan is de markt weg en zie je de middeleeuwse stad in al zijn glorie. Heb je trek? Bij Ristorante al Castelo zit je in een heel fijne, rustige binnentuin, weg van de mensenmassa.

Peschiera

Peschiera is een totaal ander stadje dan Lazise. De meningen zijn verdeeld, maar wíj vonden Peschiera leuker dan Lazise. In de sfeervolle oude binnenstad vind je middeleeuwse kerkjes, pleintjes, smalle straten, veel winkeltjes en nog meer gezellige terrasjes. Wandel door het stadje en plof ergens neer. Het kan haast niet missen. Zoek een terrasje aan het water, dat is azuurblauw! En er komen boten, kano’s en suppers voorbij. Wij zaten bij C House omdat we trek hadden in een broodje in plaats van een pastamaaltijd.

IJssalon in Peschiera

Aan ijssalons geen gebrek in Peschiera. Onze tip: La Cremeria. Omdat het schepijs Italiaans lekker is, en ze ook veel heerlijke verse zelfgemaakte waterijsjes in bijzondere smaken verkopen. Ideaal voor degenen die liever waterijs dan schepijs eten.

Wil je ook naar het nabijgelegen Milaan? Dan heb je misschien wel iets aan deze tips!