FrankrijkE-biken in de Savoie
Hotelletjes, barretjes en restaurantjes flankeren de hoofdweg. Wij bivakkeren in Grand Hotel des Thermes, het niet te missen grote statige Mercure-hotel. Het centrale middelpunt van Brides (Bried!).
- © Wilfred van Wieren
Meribel: 200 kilometer aan bike tracks
In Meribel, 15 kilometer ten zuiden van Brides, stappen we op onze e-bike. Dit wintersportdorp ligt temidden van les Trois Vallées. Bekend vanwege de Olympische Winterspelen van Albertville 1992. Het Park Meribel Olympic is daar nog een overblijfsel van en doet tegenwoordig dienst als sportcomplex.
Met 200 kilometer aan bike tracks kun je met je ‘stalen bergros’ alle kanten op tijdens de lente, zomer en herfst. Net als op de skipistes zijn de routes gemarkeerd met groen, blauw, rood en zwart. Dus voor beginner en gevorderde genoeg uitdaging op de twintig tracks. Zet je bike op de bus, hang hem aan de stoeltjeslift en go.
De heuvels rondom Meribel
Ergens op de flanken van de bergen rondom Meribel crashte in 2013 Michael Schumacher. En ik…
Oei! Ik schiet over mijn stuur en zie het asfalt in razend tempo dichterbij komen. Onze gids Jean-Noël had zojuist wel gewaarschuwd de linkerrem - de voorrem - niet te gebruiken als je naar beneden fietst. Maar ja, ik wilde een foto maken van de mooie omgeving en ben rechtshandig. Links was nog mijn enige optie om te remmen op het moment dat ik een taludje trof.
Daar lig ik dan, amper vertrokken voor een e-bike MTB-tocht in de heuvels rondom Meribel. Doet het pijn? Ja, natuurlijk! Ga ik hier nu mijn tocht beëindigen? Nee, natuurlijk niet! Ik ben net onderweg! En, by the way, de omgeving is te mooi om nu al op te geven. Ik raap mijn telefoon van de grond, kijk om me heen. Gelukkig, niemand heeft me gezien. Alleen die overvliegende roofvogel! Ik denk een rode wouw, te herkennen aan zijn gevorkte staart.
Hij vliegt lachend verder! Ik spring weer op mijn bike. Voorzichtig peddel ik door tussen de prachtige heuvelachtige weiden. Het frisse groen is besprenkeld met het warme geel van de vele paardenbloemen. Mooi zacht contrast. Daarachter pieken de witte toppen van Mont du Vallon en Mont du Chambre.
De frisse berglucht, het geluid van de kabbelende stroom naast ons, het uitzicht op de besneeuwde toppen aan de horizon en de zon die het lijf verwarmt, maken mijn hoofd leeg. Ik geniet! Mijn been schrijnt.
De bergen in de zomer, ik hou ervan. Niet zoals Wilfred in dit verhaal overigens, ik doe het wat rustiger aan. Maar je hebt wel met een aantal dingen rekening te houden. Het weer bijvoorbeeld. Zowel voor fietsers als wandelaars of andere bergbezoekers; het kan verraderlijk snel omslaan. In de meeste gevallen is het in juli en augustus het droogst. Als het dan toch regent in de zomer is het hard en kort. En meestal pas in de middag. Voor fietsers kan het machtig warm zijn. September is dan ook een prima maand om je fietsvakantie te plannen, dan zijn de temperaturen aangenamer, alhoewel het in de hoger gelegen gebieden al wat frissers kan zijn. Het seizoen loopt van april tot (midden) oktober. Ga je hoger dan 1.500 meter dan is het beter vanaf midden mei tot eind september.
Klimmen
De flanken van de Saulire naderen. Ja, die gaan we beklimmen. Ik schakel naar standje Tour. O nee… Toch maar naar standje MTB. Alsof iemand me een duwtje in mijn rug geeft, beklim ik het rotsachtige pad bergopwaarts. Ideaal zo’n e-bike. Zonder de e-ondersteuning is dit pad onmogelijk te berijden. Zelfs voor een sportieve 50-jarige als ik. Tijd om van de omgeving te genieten is er nu even niet. Ik geniet wel van de lichaamsinspanning en de sportieve uitdaging. De focus ligt nu op het ontwijken van de vele keien en kuilen die de tocht naar boven begeleiden. De oversized dikke banden met grof profiel en veel grip, begrijpen dat volkomen. Het voelt eigenlijk best wel stoer. Zei ik 50-jarige? Ik voel me 30.
Saulire: hoogste punt
Af en toe slipt mijn achterwiel weg op een afgesleten steen... Doortrappen! Kom op! Even een tandje erbij om maar niet om te vallen. Een haarspeldje verder gaan we wat steiler omhoog. Ai! Net te laat om door te schakelen naar standje Turbo. Ik kom tot stilstand! Dat wordt een lastig verhaal; opstappen op een steile helling en vervolgens doortrappen.
Tip van Jean-Noël: zet je fiets een beetje haaks op het pad, met het stuur iets naar boven gericht. En ja hoor, inspannend doch soepeltjes door de e-ondersteuning, trap ik de berg weer op. Vijftien minuten later bereiken we het hoogste punt van onze tocht. High fives worden uitgedeeld. Prachtig uitzicht over een lieflijk landschap is onze beloning.
“De banden gruizen,
de banden groeven.
Achter mij wordt een spoor gefreesd.
En als het opstuivende zand
het spoor weer toedekt,
zal niemand weten
dat ik hier ooit ben geweest.”
Lac du Tueda
We kijken uit over het dal waar we zojuist vandaan kwamen. Lac du Tueda ligt er spiegelglad en roerloos bij, als een blauwe ijsvloer. Daarachter zie ik de eerste donkerbruine houten chalets van Meribel Mottaret. We springen weer op onze fiets, zetten de e-ondersteuning uit en beginnen met de afdaling. Dat gaat best wel snel. Nu ook weer focussen op deze brede weg met keien, kuilen en plassen. Modder en water spatten tegen mijn benen. Vies worden is eigenlijk best lekker!
Downhill Slope
In Meribel Mottaret nemen we de groene Downhill Slope nr. 10. Niet te moeilijk, maar met genoeg uitdaging voor een niet-geoefende downhiller als ik. Een singeltrack met korte haarspeldbochten tussen de naaldbomen.
De wind suist door de openingen van mijn helm. Het gaat razendsnel. Althans, zo voelt het. Lekker? Niet bepaald. Het gaat mij té snel. Ik ben bang een bochtje te missen en tegen een boom te eindigen. Hou ik dit vol, vraag ik me af terwijl ik pompend rem. Met mijn achterrem! Remmen – loslaten – remmen – loslaten – remmen – enzovoorts. Jean Noël hoort mijn achterwiel slippen en geeft me een gouden tip.
Ik mag toch ook mijn voorrem gebruiken. Met mate. Heel gedoseerd knijp ik mijn remmen met weinig druk in. Met een vloeiende snelheid en meer controle daal ik af. De angst vloeit uit mijn lijf; ik durf me nu te laten gaan. Een heerlijk gevoel van vrijheid begeleidt mijn tocht down hill. Gras, bomen, struiken, ze suizen als een groene veeg aan me voorbij. Hier en daar zijn houten tracks in een bepaalde schuinte aangelegd. Ik knal erover. Ook over de houten golvende stukken laat ik me lekker gaan. Hop, hop, hop! Ik ben niet meer bang om te crashen.
Op de parkeerplaats bij Parc Olympique in Meribel geven we de Scott fietsen mee aan Jean-Noël van Espace VTT. Toffe gast, top bikes. Huur hier je fiets, is mijn advies.
Tekst en foto's: Wilfred van Wieren