FrankrijkJolanda tipt de Haute Savoie: gevarieerde bergvakantie
Alpenwei, terras, parasol, croque monsieur met salade, en een adembenemend uitzicht op de besneeuwde Col du Goûter, de 4304 hoge berg via welke bergbeklimmers de top van de Mont Blanc proberen te bereiken. Een moment van perfecte rust. Het was iedere zweetdruppel en trap op de pedalen van de ATB waard om hier op het Plateau de la Croix, vlak bij Saint-Gervais, te komen. 1670 meter hoog. Kan het mooier? Moeilijk te zeggen na al die fantastische uitzichten waarvan we de afgelopen dagen hebben mogen genieten.
Relaxen in Morzine
De reis begon in het plaatsje Morzine, dat we bereikten via een kronkelende weg langs stille dorpjes, bossen, watervalletjes, koeien en een stalling voor skilift-cabines. Morzine is een relaxed stadje dat deel uitmaakt van het skigebied Portes du Soleil. Het ligt op zo’n 1000 meter hoogte en telt zo’n 3000 Morzinois.
Zomerse drukte
In het hoogseizoen kan het ‘inwonertal’ oplopen tot 25.000. Het is overigens niet alleen in de winter druk, want er worden ’s zomers heel veel festivals en evenementen georganiseerd. Zo waren er in juli Harley Days, drie dagen pret met 13.000 Harley Davidson-rijders en aanhang, en een Spartan-race, een hindernis-loop met verschillende afstanden en moeilijkheidsgraad, van beginners tot ‘beesten’.
Actief op de fiets
De populairste zomersport is downhill mountainbiken. Met je ATB de skilift in (die hier zijn van 15 juni tot 6 september en dan weer van 14 december tot 20 april geopend), omhoog en dan zo hard mogelijk weer naar beneden. We ontmoeten, als ook wij met de lift Le Plenay op zo’n 1500 meter zijn beland en het weidse uitzicht bewonderen, een groep Engelse mannen. Ze zijn in totaal met 14, en een heeft er zijn pols gebroken, vertellen ze. Vanwege de regen en dus de modder gaan ze nu niet via een zwarte of rode piste naar beneden, maar via een blauwe.
Welzijn op vakantie
Dat is voor ons te heftig. Er wordt vanuit toeristisch oogpunt echter naast actief bezig zijn ook heel erg de nadruk gelegd op bien-être, zoals het zo mooi in het Frans heet; welzijn, ontspannen en genieten zijn daarbij de sleutelwoorden. Denk aan yoga, zen-wandelen, kruiden plukken en - natuurlijk, we zijn in Frankrijk - lekker eten.
Kruiden plukken
Bij het toeristen- en het gidsenbureau is van alles te boeken. Wij zelf gaan kruiden plukken met Michel Rostalski. Van de zaden van lupine, weet ik nu, kan je heel voedingsrijk meel maken en van de gele dovenetel gaan koeien meer melk geven. En als je er zelf teveel van eet, ga je raar dromen.
Balsem maken
Hij leert ons tijdens een regenbui ook hoe we een balsem kunnen maken. Ingrediënten: was van zijn eigen bijen, arnica- en kokosolie, kamfer, lavendel en munt. Goed tegen blauwe plekken, zegt Michel. Komt heel goed van pas als ik twee dagen later tegen een hekje leun dat vervolgens instort, waarna ik ’s avonds twee enorme blauwe plekken ontdek op arm en rug. Mijn balsem had alleen wel wat meer olie mogen hebben, zo blijkt, want hij is een beetje hard.
Wandelen
Op dat val-moment zijn we bezig met een wandeling vanaf het Lac des Mines d’Or, een meer waarin vroeger goudmijnwerkers hun pannen wasten. Dit gebied kun je in de winter niet in, omdat er geen liften zijn. Vanaf het meer gaan we door de bossen omhoog, en gids Christophe Gandy geeft ook weer uitleg. Hij vertelt bijvoorbeeld over het verschil tussen bosbessen en blauwe bessen en fijnspar en gewone spar. Even later houdt hij zijn hand boven een grote mierenhoop: „Zwarte bosmieren. Ze bijten niet, maar desinfecteren. De natuur is heel slim”, zegt hij. Hmm, ik weet niet of ik hem na zou doen met een wondje.
Kaas maken op hoogte
Een uurtje later komen we bij Les Freterolles, de kaasmakerij/boerderij/bergrestaurant van de familie Boisier op 1530 meter hoogte; iedere woensdag verkopen ze hun kaas op de markt van Morzine. Je zou denken dat het heel rustig is, hier zo in de bergen. Valt nog best tegen. De koeien in de weides hebben allemaal bellen om, de geiten ook, de wandelaars en hun honden en kinderen maken best veel geluid en dan is er nog een man met een groot apparaat om onkruid te wieden…
Courgettes voor de gratin
Maar ja, als je dan lekker aan de koffie zit, met uitzicht op de Col du Cou, de grens tussen Frankrijk en Zwitserland, en je ziet hoe de heer des huizes courgettes snijdt voor de gratin van zondag ("Dat houdt mijn vingers soepel, voor het accordeon-spelen”, zegt hij), dan doet dat er allemaal niet toe.
Marmotten spotten
De rest van het reisgezelschap was nog een stukje hoger gewandeld om alpenmarmotten te spotten. Een dag eerder, bij het Lac Nyon Guerin, deden we dat ook al. Niks gezien. We zien er pas een - alsof hij levensmoe is - op de rails van de Mont-Blanc-tram in Saint-Gervais, onze volgende stop. Ze hebben daar overigens een leuke mascotte: Charlotte de Marmotte.
Tips
Van gastronomisch restaurant tot pizzeria, oh oh oh, wat hebben we overal lekker gegeten, gedronken en geslapen in de berglucht van de Haute Savoie. Natuurlijk kun je op heel veel plekken terecht, maar dit waren onze adresjes.
DRINKEN
Het water dat in Morzine uit de bergen komt, is zeer kalkrijk en daar kan je blijkbaar lekker bier van maken. We bezochten micro-brouwerij Ibex, waar ze diverse biertjes met gekke namen maken (153 Route des Grandes Alpes, www.ibexbeer.com). En ook brouwerij Le Bec Jaune, waar je van hun biertjes kunt genieten op een groot terras, is te bezoeken (220 Route de la Combe à Zore, www.becjaunebrewery.com).
Trots op Mont-Blanc
Saint-Gervais, voluit heet de gemeente Saint-Gervais-les-Bains, bestaat uit vier dorpen. Je hebt Le Fayet, dan Saint-Gervais centrum (een paar bruisende straatjes met leuke winkels en restaurants), en vervolgens iets hoger Le Bettex en Saint-Nicolas de Véroce. En, waar ze heel trots op zijn: de top van de Mont-Blanc met 4808-4810 meter (het wisselt met de hoeveelheid sneeuw) behoort ook tot de gemeente; die promoot zich dan ook als Saint-Gervais Mont-Blanc. Skiën en bergbeklimmen zijn belangrijke pijlers.
- © Guillaume Borga
Voor degene die niet wil klimmen of badderen is ook hier zomers van alles te doen, van wandelen, fietsen, bungyjumpen en een via ferrata in een kloof, tot een skatepark en een avonturenpark. De kunstliefhebber zal genieten van de (gratis) parkeergarage: 11 vrolijk beschilderde verdiepingen. En van de barokke kerken in St.-Gervais en St.-Nicolas de Véroce. En van een route langs 13 kapelletjes.
Chillen in de thermen
„En les thermes, de thermale baden in Le Fayet”, vult burgemeester Jean-Marc Peillex, die even aanschuift, aan. „We zijn het enige wintersportoord met een kuuroord. Het water is zeer zwavelrijk en maakt een traject van 6500 jaar door voordat het uit de bron komt. Het bevat heel veel mineralen en metalen. Voor Fransen wordt een kuur vaak vergoed door de verzekering. Maar je hoeft niet ziek te zijn: er is ook een serie baden voor de ‘gewone’ bezoeker.”, haast hij zich te zeggen. „En anders hebben we nog een mooi gemeentelijk zwembad.”
- © Vincent Pawlowski
Eten
Morzine
Café-bistro Le Colibri, in een oude bioscoop, waar ze ook hippe boeddha-bowls en vegan gerechten serveren (96 Taille de Mas du Pleney, www.lecolibri-morzine.com).
La Chamade, chef-kok/kookboekenschrijver/beeldhouwer Thierry Thorens gebruikt lokale producten. Breng vooral een bezoek aan de kaasbar in de kelder, waar je kan kiezen uit zeker 80 kazen (90 Route de la Plagne, www.lachamade.com).
Le Refuge de l’Equipe, berghut met uitzicht over het Lac Nyon Guerin, te bereiken per voet, ATB, of 4x4 (www.facebook.com/hotelequipe).
Restaurant Les Mines d’Or, met uitzicht over het gelijknamige meer (7145 route de la Manche, www.lesminesdor.net).
La Tapiaz, restaurant en huis van berg- en wildplukgids Véronique Fillon die ons een machtige ‘pela’ voorschotelt, een gerecht van aardappel, ui en kaas uit de koekenpan. Alleen op afspraak via het plaatselijke toeristen- of gidsenbureau geopend (549 Chemin de l’Eau, col de l'Encrenaz).
Saint-Gervais
L’Eterle, restaurant en pizzeria; de pizza’s komen ook in klein formaat uit de oven (113 Avenue du Mont d’Arbois, www.eterle.com).
La Cha, 1720 meter hoog op een alpenwei met panoramisch uitzicht en jeu-de-boulesbaan (1 Route du Prarion, www.facebook.com/RESTAURANTLACHA).
La Ferme de Cupelin, gastronomisch restaurant dat eigenlijk een Michelin-ster verdient. Het is ook hotel (198 route du Château, www.lafermeducupelin.com).
Trammetje naar boven
Wij nemen de Tramway du Mont-Blanc omhoog. Het eerste deel van dit spoorlijntje werd al in 1907 in gebruik genomen. Nu brengt het in de zomer wandelaars en klimmers 2372 meter hoog, naar eindstation Nid d’Aigle (adelaarsnest) - het startpunt voor de route royale om op de Mont-Blanc te komen; in de winter stopt hij in Bellevue (1800 meter).
Steil omhoog
Steil omhoog gaat het, door bossen en langs alpenweides, en over het traject van 12 kilometer doet hij een uur. „Sinds 2013 wordt er ieder jaar een kilometer spoor gerenoveerd”, vertelt gids Guillaume Borga, van wie we die avond in restaurant La Ferme de Cupelin prachtige foto’s van de bergen zien.
Magisch uitzicht
Eerste actie na het uitstappen op grote hoogte: twee plastic flessen oprapen en in de vuilniscontainer deponeren. Dat iemand hierheen gaat, wil blijkbaar niet zeggen dat hij om de natuur geeft en zijn rotzooi netjes achter zich opruimt. Het is druk, maar de mensen verspreiden zich al snel, en dan is het na een wandeling in de refuge met een kopje koffie en op de achtergrond het geluid van een waterval en vogels, helemaal genieten. Zeker van het magische uitzicht op de Bionnassey-gletsjer.
Charmante bergvakantie
Op de terugweg stappen we uit de tram bij station Col de Voza (1650 meter) en wandelen via een glooiend pad door een gebied dat La Charme heet. Terecht: bossen, uitzicht op besneeuwde toppen, alpenweides, koeien, een kaasmakerij, lunchen in een bergrestaurant, dan weer door een bos naar beneden, heel charmant allemaal. Bij station Motivon (1377 meter) pakken we weer het trammetje. Een flinke tippel al met al, en de massagebaden van de thermen doet even later wonderen.
Een beetje plat...
Een beetje overmoedig na een makkelijk fietstochtje langs een kabbelend riviertje in Morzine ga ik de volgende dag met de rest mee mountainbiken - met elektrische ondersteuning gelukkig. Een beginnersritje, beetje plat, zegt gids Lionel Sibler van Evasion Elec’ttrick als we uit de lift naar Le Bettex stappen. Hij maakt met zijn handen een golvende beweging.
Slapen
We sliepen in Morzine pal aan de skilift heerlijk in het rustiek ingerichtehotel l’Equipe, waar prestigieuze teams uit de Tour de France ook onderdak vonden en waar naar iedere wielerkampioen die er heeft geslapen een kamer wordt vernoemd (733 Avenue de Joux Plane, www.hotelequipe.fr).
Heel bijzonder moet het zijn om in van de twee ‘bubbels’ van restaurant Les Mines d’Or te slapen: een soort ronde tenten met doorzichtig dak en uitzicht over de vallei en de bergen (www.bulles-minesdor.com).
In Saint-Gervais sliepen we prima in het hart van het oude centrum in hotel Val d’Este, met een heerlijk balkon (22 Rue de la Comtesse, www.hotel-valdeste.com).
Rust op de berg
Enfin, hij heeft dus een ander idee bij ‘beetje plat’ en ‘beginners’ dan ik. Met het zweet in de handen komen we na ruim een uurtje bij bergrestaurant Le Schuss. De anderen fietsen weer terug, eigenaar Pierre Parent neemt mij onder zijn hoede en zet mij terwijl hij honderduit vertelt over het leven op een berg onder een parasol met een overheerlijke tosti. En met weer een fantastisch uitzicht. Precies wat ik nodig had na al die actie.
- © Jerome Galland