NederlandWintersport: sneeuw met de Kerst?
Op dit moment zijn de eerste vooral hooggelegen skigebieden als Ischgl in Oostenrijk, Zermatt in Zwitserland en Val Thorens in Frankrijk al open. Het is koud genoeg geweest om de sneeuwkanonnen te laten produceren en af en toe valt er wat natuurlijke sneeuw.
Om een goede inschatting te kunnen maken of jij straks ook kunt genieten van meters sneeuw tijdens je wintersport is het goed een paar dingen te weten:
Noord versus zuid
De noordkant van de Alpen, bijvoorbeeld Tirol waar de meeste populaire skigebieden voor de Nederlanders liggen, krijgt sneeuw geleverd door depressies die van de Atlantische Oceaan Europa binnenstromen. Kortom, als het in Nederland regent met een stevige westen- of noordwesten wind, dan sneeuwt het twee dagen later in Tirol. Slecht voor de files in Nederland, maar prima voor de skigebieden.
De zuidkant van de Alpen, de Italiaanse en de Zuid-Franse skigebieden krijgen sneeuw vanuit de Middellandse Zee. De zogenaamde Genua depressie stuwt de vochtige lucht naar de bergen waar het met grote hoeveelheden ineens voor een dik pak zorgt.
De vraag is of het een noord- of een zuidwinter gaat worden? Momenteel ligt de meeste sneeuw aan de zuidkant!
Sneeuwzekerheid versus skizekerheid
Door het grootschalige gebruik van sneeuwkanonnen zijn hellingen die niet sneeuwzeker zijn toch voorzien van een piste. Dus sneeuwzekerheid is iets anders dan skizekerheid. Zelfs in de slechtste winters kon er volop geskied worden. Wil je echter sneeuw in het dorp, dan is sneeuwzekerheid wel van belang, zolang er nog geen dorp is wat sneeuwkanonnen plaats in het dorp zelf!
Hoe hoog is sneeuwhoog?
Wanneer kun je nu spreken van goede sneeuwhoogtes, oftewel hoeveel sneeuw moet er liggen voor een gesloten sneeuwdek op de piste? Dit is sterk afhankelijk van de ondergrond. Vijftien centimeter sneeuw op de grasweides in het Salzburgerland is al voldoende om een piste goed te kunnen prepareren, terwijl de stenige ondergrond van de hoge Franse skigebieden zoals in Val Thorens al gauw 50 centimeter nodig heeft. Het absolute getal zegt dus niet zoveel. Belangrijk is om de sneeuwhoogte altijd te relateren aan het aantal geopende liften en pistes. Een lift en een piste wordt namelijk pas geopend zodra deze veilig is en er dus goed te skiën is. Een gesloten sneeuwdek is daar de maatstaf.
Wit met de Kerst?
De vraag of de Kerst een winterwonderland oplevert is op dit moment niet te beantwoorden. Veel verder dan een paar dagen vooruit kunnen we niet kijken. Maar één ding is zeker: er kan in ieder geval geskied worden! Bij de meting van de sneeuwhoogtes wordt namelijk de hoeveelheid kunstsneeuw niet meegenomen. Dus nul centimeter in het dal hoeft niet te betekenen dat de dalafdaling gesloten is. Als men voldoende kunstsneeuw heeft kunnen maken, is terug skiën tot het dal dan wel degelijk mogelijk.
De week ervoor!
Tip: kies de week voor kerst wanneer je niet afhankelijk bent van schoolvakanties. De prijzen zijn gunstig, het is niet druk en net zo sneeuw (on)zeker!
Hoe maak je sneeuw?
Door waterdruppels onder hoge druk in de koude lucht te spuiten bevriezen de druppels en ontstaan er kristallen. Dit lukt het beste bij temperaturen onder de -3 graden Celsius. Bij voorkeur bij weinig wind en relatief lage luchtvochtigheid. Een sneeuwkanon heeft een verstuiver en deze brengt water en lucht onder druk te samen.
Het basisbestanddeel is dus vooral water, veel water. Een sneeuwkanon verbruikt gemiddeld tot wel 200 liter water per seconde. Hierin schuilt meteen een probleem, want je hebt behoorlijke waterreservoirs nodig om voldoende kunstsneeuw te kunnen produceren. Deze reservoirs kun je vaak zien in skigebieden.
Hoe echt is het?
De kristallen van kunstsneeuw zijn anders dan die van natuurlijke sneeuw. Ze zijn vooral kleiner en ronder en dus niet zo mooi stervormig als een echte sneeuwkristal. Een voordeel is dat kunstsneeuw langer geconserveerd blijft, minder snel smelt en dus een lange levensduur heeft.
Hoe afhankelijk zijn we van kunstsneeuw?
Met winters als de laatste jaren is kunstsneeuw niet meer weg te denken. Bovendien zijn we als wintersporter verwend geraakt. We willen een perfecte piste en dulden geen stenen en grassprieten onder de ski’s. Ook willen de bergbanen natuurlijk zoveel mogelijk liften en pistes laten draaien zodat de prijs van de liftpas in verhouding staat tot het aanbod. De economische druk op de skigebieden is dus groot en kunstsneeuw is niet meer weg te denken tijdens de wintersport.