Noord-IerlandDe smaak van Noord-Ierland
Glooiende heuvels, bergen, bossen, meren, kliffen, smalle weggetjes, koren- en maisvelden, koeien en schapen; Noord-Ierland, dat bij het Verenigd Koninkrijk hoort, is klein (ongeveer een derde van Nederland) maar gevarieerd, en met maar 1,8 miljoen inwoners vrij rustig. Het is vooral een land van boeren - dat zie je terug in de kwaliteit van levensmiddelen - en ieder dorp heeft nog zijn eigen slager, bakker en groenteboer.
- © Tourism Northern Ireland
- © TonyPleavin/Tourism Northern Ireland
- © TonyPleavin/Tourism Northern Ireland
Chocolade en sterke drank
Onze eerste stop is NearyNógs, een chocoladefabriek, voor proeverij van een chocolade en sterke drank. Shane en Dorothy Neary begonnen in 2011 met het maken van chocolade fudge ter financiering van een reis naar India van hun oudste dochter (ze hebben 12 kinderen) en van daaruit groeide een bedrijf dat op verantwoorde manier cacaobonen importeert en verwerkt tot chocolade.
- © Tourism Northern Ireland
Proeven...
We worden verwelkomd met een glaasje Poitín - traditionele supersterke alcohol - met appelsap en limoen van Killowen, een van Noord-Ierlands kleinste distilleerderijen (er zijn er trouwens 50!). Vervolgens krijgen we een plankje met verschillende chocolades en glaasjes met verschillende soorten whiskey en een gin, om af te sluiten met warme chocolademelk met een scheutje Gloria koffielikeur. We zijn dan nodig toe aan een dutje.
Slapen op een landgoed
Het hotel waar we verblijven, Killeavy Castle Estate, ligt prachtig in de ‘Ring of Gullion’, een ring van heuvels die een overblijfsel is van een immense vulkaan. Het landgoed omvat ruim 145 hectare aan bossen en weides. Het kasteel stamt uit 1836 en had 25 jaar leeg gestaan toen in 2013 gekocht werd door de familie Boyle, die fortuin had gemaakt in Australië. Koop en restauratie samen kostten 14 miljoen pond, en het resultaat mag er zijn.
- © Tourism Ireland
Onthaasten in pure luxe
Het hotel ging in 2019 open. De 45 kamers, het restaurant en de spa zijn in de ‘nieuwbouw’, er zijn luxe lodges en ook het kasteel zelf is te huren voor feesten en partijen. Onthaasten is hier het toverwoord. De kamers zijn super en het eten - we krijgen een diner in het kasteel zelf - is fantastisch; de keuken heeft diverse prijzen gewonnen. Alles komt kakelvers uit eigen tuin en boerderij of uit de buurt.
- © Eike Jan Horstmann
- © John Miskelly Photography
- © Chris Hill/Tourism Ireland
Locaties Game of Thrones
De razend populaire Amerikaanse fantasy-televisieserie Game of Thrones is deels opgenomen in Noord-Ierland en er zijn dan ook diverse locaties te bezoeken, zoals in het noorden de touwbrug van Carrick-a-Rede, de ruïne van het kasteel Dunluce en Bregagh Road, met twee rijen berkenbomen die in de 18e eeuw werden geplant, in de serie bekend als de ‘Dark Hedges’.
Studio vol rekwisieten!
Maar kers op de taart is een tour door de Linen Mill Studio’s in Banbridge. Het complex waar veel van de serie werd gefilmd is enorm. Zaal na zaal met authentieke kostuums, sets, maquettes, storyboards, rekwisieten als lampen, vlaggen en munten, wapens en natuurlijk de originele ijzeren troon waar het allemaal om draait. In de winkel kan je jezelf even koning(in) voelen op een replica.
In de voetsporen van Saint Patrick
We vervolgen onze reis naar Armagh, een aardig klein stadje met zo’n 16.000 inwoners, en twee kathedralen (een Anglicaanse en een katholieke) die allebei gewijd zijn aan Saint Patrick. De beschermheilige van Ierland bouwde hier in de vijfde eeuw zijn eerste abdij, waardoor Armagh een religieus en wetenschappelijk centrum werd. Even buiten de stad ligt Navan Fort, een oud Keltisch heiligdom.
Feest voor de appel
Armagh is als wij er zijn het hart van het Food & Cider Weekend. Het gelijknamige district staat namelijk bekend om de Bramley appel, die met aal uit Lough Neagh en de Comber Earlies aardappel een beschermde geografische aanduiding heeft. Rond de oogsttijd vieren ze dat met speciale diners en brunches, proeverijen en Foodie Markets. De datum voor 2025 is nog niet bekend, maar hou het in de gaten, want het is heel erg leuk.
- © Emma McQuaid/Visit Armagh
Grootse klasse
Zo maken we op Crannagael House in Portadown kennis met John Nicholson, een directe nazaat van de pionier die in 1884 deze appelsoort naar Noord-Ierland bracht. In zijn boomgaard is afgelopen augustus een Bramley appelboompje geplant dat in een lab gekloond is van een blad van die allereerste boom. Het was een avond van grootse klasse, zowel wat de entourage betreft als de hapjes (de mousse van forel, de hertenbiefstuk, de geitenkaas en de pruimen-pistachetaart met kaneelijs) als de bijpassende ciders van MacIvors.
Fantastische barbecue
Ook schoven we aan bij Fiona Chapman, die met haar On the Hoof bekend is om de fantastische barbecues. Zij en haar zoon Rory begonnen in 2015 met een dubbeldekker als foodtruck en bouwden een watertank van de brandweer uit de Tweede Wereldoorlog om tot hout gestookte oven op wielen. Inmiddels hebben ze een vast adres in een oude molen in Richhill en daar aten we de meest goddelijke runderborststuk, urenlang gerookt boven hout van een appelboom daarna gebarbecued. Erbij: cider natuurlijk, van Long Meadow.
Zoutjes van de lopende band
Tussendoor bezochten in we Tandragee een fabriek van Tayto. Een chipsfabriek. Voor een rondleiding. Van anderhalf uur. Wat is daar nou aan, zul je denken. Maar het was best heel leuk om te zien hoe de aardappels worden gewassen en gesneden (1,4 mm dik), van een smaakje worden voorzien en worden verpakt. Vooral omdat je heel veel chips te eten krijgt. Ik kende het merk niet, maar ze bestaan sinds 1956, maken 1 miljoen zakken zoutjes per dag en verkopen naar 43 landen.
Afternoon tea in de tuin
Natuurlijk mocht een ‘afternoon tea’ niet ontbreken. Daarvoor togen we naar Blackwell House in Scarva, waar Edele en Alessio Rampa (zij Iers, hij Zwitsers) sinds april een b&b met 5 kamers runnen. De tea kun je apart boeken. Het was prachtig weer en snel dekten ze een tafel in de tuin. En toen kwam een feest voor de ogen en de maag op tafel. Scones, kleine worstjes met spek en honing, petit fours, sandwiches en eier-, kip- en krabsalade, mini-quiches… Het was veel, maar zonde om te laten staan!
Appeltje voor de dorst
Philip Troughton van de Armagh Cider Company ontving ons daarna in zijn boomgaard en vertelde dat zijn familie al sinds 1898 appels teelde; hij was rond 2005 begonnen cider te maken omdat hij zijn appels aan de straatstenen niet meer kwijt kon. En dat het voor hem niet uitmaakt hoe een appel eruit ziet, maar het om het sap gaat. En nog veel meer. Er moest uiteraard geproefd worden. De een droog, de ander zoeter, met zomerfruit, een zero cider… een beetje vol van de koolzuur gingen we weer verder.
Bij de tijd...
In Noord-Ierland is het 1 uur vroeger dan in Nederland.
Als je naar een restaurant wil, ga dan niet te laat. Men eet meestal tussen 18 en 19.30 en na 20.30 kun je veelal geen bestelling meer doorgeven.
Op 17 maart wordt St. Patricks met grote feesten herdacht.
Op 12 juli is de herdenking van de Slag aan de Boyne (1690), waarbij de protestante koning-stadhouder Willem III van Oranje-Nassau zijn katholieke schoonvader Jacobus II van Engeland van overwon. Er worden dan Oranjemarsen gehouden, die ieder jaar weer tot spanningen tussen protestanten en katholieken leiden.
Bramen plukken
De volgende dag ontmoetten we Bronagh Dufin van Bakehouse NI. Ze was verpleegster, maar heeft sinds 2017 een kookschool midden in de groene natuur. „Ik ben niet zo heel fancy, ik wil de sfeer creëren alsof je bij je oma thuis bent.” Ze leerde ons sodabread te maken, en zoals zij het deed leek het heel gemakkelijk. Ook bramengin stond op het lesrooster. Bramen plukken langs de rivier, in een weckpot doen, suiker erbij, gin erbij, goed schudden en dan drie maanden wachten en iedere dag omkeren. Dit ga ik thuis ook doen.
Varen op de rivier Bann
Na een lichte lunch in visrestaurant LIR aan de rivier in Coleridge stapten we vervolgens aan boord van de MS Kingfisher, in 1947 gebouwd door de werf die ook de Titanic bouwde, voor een tochtje over de rivier Bann. Terwijl Ian ons richting Atlantische Oceaan stuurde en wij aan een Hot Toddy nipten (whiskey met winterkruiden en honing) vertelde Tim ons alles over de whiskeys van Bushmills. Die we natuurlijk daarna ook weer te proeven kregen. En we plunderden een doos met de meest lekkere kazen, worsten en dips uit de regio.
Stadje in herstel
Bushmills is ook de naam van een klein stadje dat ooit bruiste vanwege de vele molens aan de rivier de Bush. Met de komst van de stoommachine raakte het in verval, maar dankzij de gelijknamige destilleerderij en de nabijgelegen beroemde rotsformatie Giant’s Causeway begon er weer leven in te komen. We ploften neer in het uiterst comfortabele Bushmills Inn, waar we ’s avonds nog maar één gang wilden eten (vis met heel veel groente). Laat niemand ooit nog zeggen dat ze in Noord-Ierland niet lekker kunnen eten en drinken!
Hoe kom je er?
Belfast, de hoofdstad van Noord-Ierland, is per vliegtuig prima vanuit Nederland te bereiken. Ook kun je naar Dublin, die van de Republiek Ierland, vliegen, vandaar is het met een huurauto een uurtje rijden naar de grens. Hoewel de republiek bij de EU hoort, en Noord-Ierland bij het Verenigd Koninkrijk, zijn er geen grensposten meer. Je zien alleen aan de prijzen (in de republiek euro’s, in Noord-Ierland Engelse ponden) en snelheidsborden langs de weg (kilometers vs. mijlen) dat de je de grens passeert. Tevens onderhoud Stena Line een ferry tussen Belfast en Cairnryan (Schotland - ca. 2 uur en 15 minuten) en Liverpool (Engeland - ca. 8 uur).
Info
Algemene info over Noord-Ierland: Ierland.nl