SpanjeCitytrip: 48 uur fietsen in Valencia
Plaza de Toros
Op nog geen 50 meter van ons klein-maar-fijne Airbnb-appartement bevindt zich een fietsverhuur. Tien minuten later zitten we op de fiets. We fietsen naar de Plaza de Toros, een plein die gekenmerkt wordt door twee markante gebouwen die pal naast elkaar liggen. Qua architectuur is het Estación del Norte een van de spectaculairste stations van Europa. Niet alleen is de buitenkant van een sprookjesachtige schoonheid, ook binnen valt er van alles te bekijken. Op de mozaïekmuren kun je in verschillende talen ‘goede reis’ lezen. Naast het station ligt de arena, waar stierengevechten en concerten worden georganiseerd. De arena is voltooid in 1860, de architect wilde er een (kleinere) kopie van het Colosseum van Rome van maken.
Mercado Central
Fietsen maakt hongerig en dus halen we wat vers fruit in de Mercado Central, wat een attractie op zichzelf is. Dit is namelijk de grootste overdekte versmarkt van Europa. Brood, fris, fruit en tal van andere lekkernijen zijn te krijgen in een van de vierhonderd kraampjes die in deze immense foodhall avant la lettre staan.
Túria-park
Vanuit de Mercado Central fietsen we door het drukke centrum (wel af en toe even goed uitkijken hier) naar de weldadige rust van het Túria-park. Ooit stroomde hier de rivier de Túria, maar nadat die was drooggevallen, besloot het stadsbestuur een park in de bedding aan te leggen. Een schot in de roos wat ons betreft. Je fietst in de stad en de natuur tegelijk. In het park zelf valt genoeg te genieten, niet in de laatste plaats als het om spectaculaire architectuur gaat. Wat bijvoorbeeld te denken van het Palau de la Música (muziekpaleis) of het Museo de las Ciencias (wetenschapsmuseum) dat doet denken aan het geraamte van een walvis.
Paella
Zeg je Valencia, dan zeg je paella. Het beroemde Spaanse gerecht met onder andere rijst, zeevruchten en kip komt uit deze stad. En dus kun je op vrijwel iedere hoek genieten van dit gerecht. Wij besluiten de dag met een paella in het oude centrum.
Cultuur en strand
De volgende dag stappen we weer fris en fruitig op het fietsje. Zoals zo vaak in Valencia, staat de zon te stralen aan een strakblauwe hemel. Maar voordat we naar het strand gaan, willen we ook wat cultuur opsnuiven in een museum. We kiezen voor een wat minder voor de hand liggende optie: het Palau del Marqués de Dosaigües, oftewel: het nationaal keramiekmuseum. Een klein maar fijn museum vol mooie tegelkunst in een prachtig gebouw. Daarna fietsen we via het Túria-park naar het strand. Je kunt eindeloos langs de boulevard fietsen, totdat je een strandje hebt gevonden wat je aanspreekt. We kiezen voor een rustig strandje met een kiosk op het strand waar je smoothies en sangria kunt bestellen.
Agua de Valencia
We besluiten onze 48 uur in Valencia met een lokale cocktail die je geproefd móet hebben: agua de Valencia. We drinken hem op terras van het über-barokke Café de las Horas in het oude centrum (ga vooral even naar binnen om het interieur te aanschouwen). Ingrediënten: vers sinaasappelsap, cava en sinaasappellikeur. Toen deze heerlijk frisse cocktail op was, konden we maar één conclusie trekken: zó smaakt de zomer.
